Geplaatst op: 28-02-2017

WEES ZOUT EN LICHT

VOOR DE WERELD

Een welgemeend compliment doet iedere mens goed, heel goed zelfs. Waarom zijn we dikwijls zo zuinig met complimenten? Daardoor doen we anderen en onszelf wel eens tekort. Jezus geeft ons in het Evangelie volgens Matteüs (5,13-16) de grootst denkbare en welgemeende complimenten: ‘Jullie zijn het zout van de aarde en het licht in de wereld.’

Het compliment van Jezus wil inspireren om als mens toch vooral zout en licht voor de wereld te zijn. Het Evangelie dat ons de titel van ‘zout van de aarde’, en ‘licht in de wereld’ meegeeft, waarschuwt ons echter wel gelijk om het zout niet te laten bederven en om het licht niet te laten doven. Dat kan namelijk zo maar gebeuren.

Soms bekruipt mij het onbehaaglijke gevoel dat wij als Kerk, als Christenen er niet meer toe doen. Dat al onze kracht verloren lijkt, dat we zoutloos zijn geworden en dat al ons heldere licht gedoofd is. Een Kerk verborgen achter gesloten deuren en dikke muren, zonder ook nog maar iets te hebben van de ‘blinkende’ Stad op de berg. Het stemt me droef en teleur. Wellicht ben ik daarom geraakt door hetgeen Jezus ons, u en mij, toeroept: ‘Jullie zijn het zout van de aarde en het licht in de wereld.’

De Veertigdagentijd is sinds kort begonnen. Een tijd om, door ‘vasten en onthouding’, te beleven dat wij wel degelijk ‘zout van de aarde’ en ‘licht in de wereld’ zijn. Sterker nog, het hoort bij onze identiteit, ons diepste wezen. Wij zijn bij onze doop getekend met licht en zout. Ons is het licht van Christus aangereikt. Een beetje zout is ons op de tong gelegd om ons te laten weten hoe dorstig het maakt. Bedoeld om toch vooral te ijveren voor het goede in Kerk en samenleving.

‘Jullie zijn het zout van de aarde en het licht in de wereld’ een welgemeend compliment.

Frans J.M. Wielens, diaken