Geplaatst op: 07-12-2016

‘Kom,

we gaan naar Bethlehem

om te zien wat er gebeurd is.’

In de laatste weken van het jaar wordt ons van alle kanten duidelijk gemaakt, dat er een belangrijk feest in aantocht is: Kerstmis. Iedere reclame vertelt wat we moeten doen om het feest zo mooi mogelijk te kunnen vieren. Alle aanmoedigingen liggen veelal op het vlak van consumptie, vermaak en gezelligheid. De commercie voedt maar al te graag sentimenten van lief en aardig. Ik kom in de verleiding om op te gaan in engelenhaar, luxe kerstcadeaus en een rijk gevulde tafel. ‘Christmas Carols’ zijn in iedere winkel te horen. ‘Dreaming of a White Christmas’ en ‘Leise rieselt der Snee’ klinken je tot vervelens toe in de oren. Waar is de roep uit het Kerstevangelie: ‘Kom, we gaan naar Bethlehem om te zien wat er gebeurd is.’ Weggestopt onder een dikke laag kunstsneeuw, poedersuiker, slagroom en dennentakken.

Gelukkig is er de Advent. Tijd om toe te leven naar het Kind in doeken gewikkeld, Immanuel: God-met-ons. In onze Kerk wordt net als in de wereld toegeleefd naar Kerstmis. De inhoud en de toonzetting zijn echter zo volstrekt anders. Met een ingetogen verlangen wordt toegeleefd naar het feest dat aanstaande is. Op Kerstavond klinken de trompetten en zet het orgel de blijde toon en zingen ‘engelenkoren’: ‘Eer aan God in de hoge en op aarde vrede onder de mensen’. Een helder, warm licht zal er branden voor alle mensen van ‘goede wil’. Voor gezinnen met kinderen, voor alleenstaanden, eenzamen, weduwen en weduwnaars, voor mensen die in het voorbije jaar hun partner, zoon of dochter, een dierbare verloren hebben. Kerstmis, juist voor mensen die er om welke reden dan ook, slecht aan toe zijn. Voor iedereen mag het ‘dagen in het Oosten.’

In alle toonaarden klinkt weldra het Kerstevangelie: ‘Heden is u een redder geboren.’ Ook dit jaar zien wij wederom verwachtingsvol uit naar de geboorte van het Kerstkind, liggend in een kribbe met wat hooi.

Mede namens pastor Tjepkema wens ik u een Zalig Kerstfeest en een gezegend Nieuwjaar: ‘Kom, we gaan naar Bethlehem om te zien wat er gebeurd is.’

De oproep is aan ons gericht. Aan wie anders?

Frans J.M. Wielens, diaken